De 1500 moest Keverkopers die door wilden groeien een alternatief bieden...
Er was ooit een tijdperk, wij kunnen het ons nu wellicht niet eens zo goed voorstellen, dat je bij Volkswagen weinig meer keuze had dan uit een basis- of luxeversie van de Kever. Voor de ware liefhebber was er dan nog wel een cabrio of een ‘sportieve’ Karmann Ghia maar al die wagens waren in feit niet veel meer dan varianten op het zelfde thema. Niet dat het VW daardoor zoveel minder ging hoor, de Kever kende wereldwijd veel succes, maar men verloor aan de ‘bovenkant’ van de markt best veel klanten. Die meer ruimte en luxe verlangden en ook iets meer uitstraling.
Ook leverbaar als Variant, met heel veel ruimte.....
En zo startten de Duitsers met de ontwikkeling van een paar modellen die indertijd mee zouden kunnen in de middenklasse. De eerste auto uit deze nieuwe reeks was de VW 1500. Optisch een sedan, maar met de vergrote 1.5ltr boxermotor onder de achterklep. Technisch op een veel hoger plan dan de Kevers en ook in staat tot heel wat betere prestaties. De top van deze wagen lag op 130km/u. De 1500 had nog wel steeds een tweedeurs carrosserie, maar de ruimte op de achterbank was flink groter dan die in een Kever.
Zeer vlak ingebouwde, en dus flink ruimte besparende boxer achterin...
Ook de kofferbak was groter, vooral doordat hij zoveel rechter en langer was dan in het oermodel van Volkswagen. De1500 had een zgn. panoramisch voorruit en de motor lag enorm vlak achterin. In 1961 kwam hij op de markt en hij kostte indertijd nieuw iets van 3500,- Euro.
Zeer optimistische benadering van de VW Werbung.....
Meest opmerkelijke was dat de 1500 direct ook leverbaar werd als Variant. Een stationcar! Door de vlak ingebouwde motor was het Volkswagen gelukt om een echt ruime combi te fabriceren die er nog goed uitzag ook. De auto kreeg nog wat extra paardenkrachten mee dan zijn sedanzusje en was daardoor in staat om nog wat meer lading te vervoeren. Die wat zwaardere motor kwam later ook beschikbaar in de sedan, die toen als 1500S door het leven ging. Bij de Variant kregen kopers in 1963 de beschikking over weer een wat zwaardere boxermotor, de 1600L kwam de gelederen versterken en die leverde bij een inhoud van 1584cc 65pk aan de achterwielen.
Ander front en sterkere motor, de VW 1600 Variant van 1973
Deze wagens bleven tot eind het einde van de jaren zestig in productie, de combi zelfs nog wat langer, die stond in 1973 nog op de prijslijsten. In 1965 voegde Volkswagen nog een derde variant toe aan deze speciale reeks. De 1600T Fastback kwam in het programma. Een soort kruising tussen de 1500 sedan en de Kever. De auto oogde sportief en dat sprak best wel wat kopers aan.
De 411-serie was het hoogtepunt in de ontwikkeling van de Keverklonen...
Toen het einde van de periode van ’alles achterin’ bij andere fabrikanten intussen wel leek aangebroken, geloofde Volkswagen nog steeds in het heilige concept. Uit de 1500/1600-reeks ontwikkelde men een nog grotere auto, de VW-411 die in 1968 verscheen. Die auto 30 centimeter langer dan de 1600-serie, maar verder even breed en hoog.
Opmerkelijke vormgeving, maar ontegenzeggelijk Volkswagen anno jaren zestig..
Die auto kreeg ook weer een boxermotor achterin, maar in dit geval was dat een 1700cc blok dat 76pk leverde en door elektronica werd aangestuurd. De wagen kostte bij introductie al iets van 4500 Euro en dat was best veel geld in die dagen. Maar je kreeg er wel een opvallende auto voor met redelijke prestaties en dito rijeigenschappen. Ook van deze 411 kwam al snel ook een Variant op de markt en die auto bood heel wat ruimte aan zijn gebruikers en was dan ook snel populair.
De 411 was ook in het buitenland geliefde auto's. Hier een Israelisch exemplaar...
Deze reeks kreeg in 1972 nog een facelift die ook inhield dat er een 1800cc blok achterin werd gelepeld dat 85pk leverde en de auto naar iets van 160km/u topsnelheid bracht. Maar het einde van een tijdperk was door deze auto’s ook ingeluid. Volkswagen stond op omvallen. Het concern maakte verlies en moest haar zaken drastisch anders gaan regelen. Door de overname van concurrenten als Audi en NSU kreeg men technologie in handen die het merk in de vaart der volkeren vooruit zou helpen. Zoals voorwielaandrijving en normale lijnmotoren die de oerbetrouwbare maar ook wel ouderwetse boxers zouden aflossen. De grote K70 verscheen en loste al snel de 411/12 serie af, terwijl de later zo fameuze Golf werd uitgebracht en met zijn uitgekiende concept de 1600/1600-serie afloste. De Kever bouwde men in Wolfsburg nog wel even door, de vraag daarnaar bleef bestaan, maar de middenklasse-VW’s met boxers hadden hun beste tijd wel gehad. Halverwege de jaren zeventig was het voor al die modellen gedaan. Opmerkelijk is dat ze als klassieker niet tot nauwelijks gevraagd zijn. Voor een mille of vier heb je een redelijke 412 Variant bijvoorbeeld. En dat geluid van een 1800c grote boxermotor blijft uiteraard bekoren…..
Vier portieren in de 411, indertijd een exclusieve en luxe toevoeging aan het rijgenot...
