De Amerikaanse Fordfabrieken bouwden net als hun concurrenten daar, op basis van luxe sedans ook meer op de familie ingestelde stationcars. En die wagens kregen daarbij dan een heel bijzonder uiterlijk mee. Vaak refereerde dat uiterlijk dan aan een vooroorlogse trend om dat soort auto’s met hout te betimmeren. De Woodylook was geboren en kwam ook in Europa vaak voor. Ergens in de jaren vijftig zette Ford de Country Squire op de wielen. Toen een afgeleid model van de Galaxy, later kregen de stationcars de techniek van de latere LTD’s. De toevoeging Country Squire gaf de auto iets buitensteeds, de houten buitenkant (in veel gevallen bestaande uit stripingmateriaal en kunststof..) een gevoel van vrijheid. 
Die vrijheid vond je zeker als je de uitmonstering zag, die was voor deze Ford’s overdadig luxe en comfortabel. Daarmee was het meteen de duurste stationcar in het Fordgamma. Je kon kiezen uit een bescheiden V8 met 5 liter inhoud die er 129PK uitperste of de enorme 7,5 liter die ook voor de Lincoln-divisie werd gefabriceerd en die maar liefst 360PK leverde. Hoewel de wagens zeer potent waren bleken ze niet al te snel, het comfortabele onderstel en de vaak enorme overhang aan de achterkant maakte dat je ergens tussen de 160 en 180km/u je Waterloo vond. 
Maar voor het cruisen op de Amerikaanse wegen waren dit soort wagens ideaal geschikt. Opvallend was ook dat ze vooral werden verkocht voor gebruik door de vrouw des huizes. Die kon de enorme laadruimte dan bij een shoppingmall helemaal vol zetten met dozen en zakken vol boodschappen en er mee naar huis rijden. Al dan niet met de kinderen op de achterbank en hun fietsjes op de dakdragers. Die grote Fords bleken uiterst geschikt voor het gemiddelde Amerikaanse gezin. Je moest (of hoefde) niet (te) letten op het brandstofverbruik, dat was voor dit soort wagens enorm. Maar je kreeg er wel een hele hoop plezier voor terug. Ford exposeerde de wagens ook naar Europa en in Nederland kwam je ze wel eens tegen. 
Met zijn bijna zes meter lengte en 2,2 ton eigengewicht waren het niet van die echt geliefde wagens in ons belastinggekke landje. Maar wie er mee reed had er veel plezier mee. De Country Squire werd gebouwd tot en met 1975. Daarna was het over met dit model. De downsizing was ook bij deze fabrikant begonnen. Klassiekers? Mwah. Niet te duur, onderdelen goed te verkrijgen, maar vaak wel erg roestgevoelig. 
Een echt gaaf exemplaar met een goede motor en dito versnellingsbak komt ergens op 10 mille uit. Niet veel geld, maar in de huidige tijd moet je er best heel veel peperdure brandstof in kieperen….En denk ook een de MRB!
Lees ook:Ford’s eerste na-oorlogse ontwerp; de Custom/Fordor!
Lees ook:Volkswagen viert kwart eeuw Golf Country
Lees ook:Ford nummer 1 in Europa
Lees ook:Amerikanen weer gek op Pick-up’s
Lees ook:Droomauto; Pontiac Bonneville 1959