Het merk Fiat kennen de meeste autoliefhebbers nog wel, maar dat dit merk in het verleden heel bijzondere wagens bouwde is velen intussen ontgaan. En dan heb ik het niet over de zoveelste variant op het Panda of 500-thema, nee, ik heb het over auto’s die het merk en flink wat beter imago moesten geven in de jaren dat ze werden gebouwd. Denk maar eens aan de schitterende Dino die als Spider en Coupe het hogere marktsegment moest aanspreken. Die auto op zich had Fiat nog wel op eigen benen kunnen ontwikkelen, dat lag anders bij de motoren. Die kwamen van Ferrari. 
En waren het gevolg van de wens om 500 van die aggregaten te homologeren i.v.m. diens F2 wagens. Een deel van die motoren kwamen via een omweg terecht in een door Pinin ontwikkelde Spider die Fiat in 1966 modelleerde. Uitgerust met een V6 van 2 liter of een nog wat snellere 2.4 liter (vier nokkenassen) was een top voor deze open Fiat van ruim 200km/u geen probleem. In die jaren heel bijzonder. 
De vlotte Fiat was een 2 + 2, je kon er dus met je kinderen in toeren als je wilde. Of met twee fraaie dames op de achterbank. Met dubbele koplampen uitgerust en zijn bijna Stingray-achtige lijnen was de Fiat een snoepje. De tweede versie, een door Bertone ontwikkelde Coupe was technisch op dezelfde leest geschoeid. Maar had toch een andere lijn dan zijn open zusje. Hij leek wat meer op andere wagens in dit segment, zonder iets af te doen aan de lijnvoering en uitstraling. Ook bij deze Fiat was 200km/u ruim haalbaar. 
En je reed in de Fiat met een Ferrari-motor. Was sommige mensen best iets waard. Van de Coupe werden dan ook drie keer zoveel exemplaren gebouwd als van de Spider. De wagens bleven zes jaar in productie. Daarna was de koek op. Liefhebbers waren er genoeg voor de Dino’s al zal de vergelijkbare ‘echte’ Ferrari met die naam nog wat meer aanspreken. 
Deze Fiat’s waren geen katjes om zonder (werk)handschoenen aan te pakken. Onderhoud was niet simpel, het Ferrari-blok deed op dat punt het merk eer aan… En dat onderhoud is nog steeds reden dat het geen echt dure of geliefde klassiekers zijn. De Coupe heb je voor een mille of 13-14 voor de deur staan, de Spiders zijn flink veel duurder. Maar ook zeldzamer. Neemt niet weg dat je een klassieke sportwagen koopt met een onverwacht brok techniek en een uitstraling die er zijn mag. En dat mis je in de hedendaagse Fiat’s toch een beetje. Zeer onderschatte snelle auto’s, Made by Fiat. Bepaald niet verkeerd. (beelden: Internet)
Lees ook:Komt er een open Ferrari LaFerrari?
Lees ook:Racebeest van Ferrari
Lees ook:Fiat’s middenmotor-sportwagen; X1/9!
Lees ook:Einde oefening voor Britse MG-divisie
Lees ook:Fiat neemt Zastava over